De wielersport is in de loop der decennia dramatisch veranderd. De sport is sneller, specialistischer en in alle opzichten steeds veeleisender geworden. Toch blijft één waarheid onaangetast: de allround dominantie die Eddy Merckx ooit tentoonspreidde, is nog steeds niet geëvenaard.
De vergelijking tussen de Belgische legende en de huidige superster Tadej Pogacar is al vaak gemaakt, maar het is nooit een eenduidig gesprek. De twee renners hebben immers in totaal verschillende tijdperken en onder totaal verschillende omstandigheden gereden. Toch is Pogacar van alle renners in het huidige peloton degene die het meest op de “Kannibaal” lijkt.
Axel Merckx, voormalig profwielrenner en zoon van Eddy, sprak onlangs met Het Belang van Limburg over de overeenkomsten. “Dat was tot nu toe onzin”, gaf Axel toe, “maar Pogacar is net zo sterk als mijn vader in zijn beste jaren was.”
Maar Axel kwam snel met een uitdaging: “Kan deze man dat jaar na jaar herhalen, net als mijn vader? En zal hij ooit het uurrecord verbreken, net als mijn vader?” De vragen onderstrepen hoe hoog de lat ligt.
De carrière van Eddy Merckx werd niet alleen gekenmerkt door overwinningen, maar ook door consistentie in een breed scala aan wedstrijden. Weinigen in de geschiedenis hebben zo’n dominantie zo lang volgehouden. “Misschien wint Tadej de Tour meer dan vijf keer,” zei Axel, “maar wint hij ook Milaan-San Remo zeven keer en Luik-Bastenaken-Luik vijf keer, net als mijn vader? Dat is twijfelachtig.”
De kern van de vergelijking ligt in veelzijdigheid. Eddy Merckx was niet alleen een Tour de France-kampioen; hij was een onvermoeibare concurrent in klassiekers, tijdritten en alles daartussenin. Renners hebben tegenwoordig de neiging zich te specialiseren – ze richten zich op specifieke disciplines in plaats van op alle fronten uit te blinken.
In het moderne peloton domineren specialisten hun vakgebied. Mathieu van der Poel is ongeëvenaard in de voorjaarsklassiekers, Pogacar excelleert als allrounder, Marc Cavendish behoort tot de beste sprinters en Remco Evenepoel schittert in de tijdritten. Elke renner is uitzonderlijk, maar geen enkele combineert al deze talenten in één lichaam zoals Merckx dat ooit deed.
“Je zou ze alle vier moeten samenvoegen,” zei Axel met een glimlach, “om mijn vader te overtreffen.” De uitspraak is misschien luchtig bedoeld, maar het spreekt boekdelen over de unieke en complete vaardigheden die Eddy bezat.
Een deel van de uitdaging ligt in de eisen van het moderne wielrennen. Trainingsregimes, wedstrijdschema’s en ploegstrategieën duwen renners vaak richting specialisatie. Dit maakt het nog onwaarschijnlijker dat er in de huidige generatie nog een echte allrounder opduikt.
Voor Pogacar is de opgave monumentaal. Om de prestaties van Merckx te evenaren, moeten ze niet alleen de grootste etappekoersen winnen, maar ook de eendaagse klassiekers domineren en records nastreven buiten de reguliere competitie. Zelfs voor een van de meest getalenteerde renners in de sport is dat een bijna onmogelijke opgave.
Toch zijn de vergelijkingen vleiend. In één adem genoemd worden met Eddy Merckx is een compliment dat alleen de meest uitzonderlijke wielrenners verdienen. Pogacars talent, veelzijdigheid en agressieve racestijl zorgen ervoor dat het gesprek doorgaat.
Voor Axel Merckx is het oordeel duidelijk: Pogacar is buitengewoon – misschien zelfs wel het dichtst bij de grootsheid van zijn vader in de sport. Maar of hij de consistentie, het bereik en de tomeloze honger van Eddy Merckx kan evenaren, is een vraag die alleen de tijd zal beantwoorden.