Wielersupersterren Wout van Aert en Mathieu van der Poel zijn deze week beiden in Frankrijk om hun vorm te verfijnen voor belangrijke wedstrijden. Toch zijn hun trainingskampen zeer verschillend. Terwijl Van Aert geniet van de milde warmte van de Côte d’Azur, vecht Van der Poel tegen de mist en kou van de Franse Alpen.
Wout van Aert heeft net zijn campagne in de Deutschland Tour afgerond, maar zijn seizoen is nog lang niet voorbij. Oorspronkelijk zou de Belg aanstaande zondag de Bretagne Classic rijden, maar hij heeft besloten de Franse eendagswedstrijd over te slaan. In plaats daarvan richt hij zich volledig op de Canadese klassiekers en een laatste deelname aan België.
Van Aerts programma ziet er veeleisend maar beheersbaar uit. Op 12 september staat hij aan de start van de Grand Prix Cycliste de Québec. Slechts twee dagen later, op 14 september, neemt hij deel aan de Grand Prix Cycliste de Montréal. Beide Canadese WorldTour-evenementen staan bekend om hun uitdagende parcoursen en startlijsten vol sterren. Van Aert sluit zijn seizoen op 20 september af met de SUPER 8 Classic in België.
Voorafgaand aan deze grote wedstrijden werkt Van Aert zich flink uit onder de mediterrane zon. In de buurt van Monaco maakte hij afgelopen donderdag een zware trainingsrit van 145 kilometer. De route bevatte zo’n 2400 hoogtemeters, wat een ware test van zijn uithoudingsvermogen en klimvermogen betekende. Met een aangename gevoelstemperatuur van 22 graden Celsius waren de omstandigheden om zijn vorm aan te scherpen nauwelijks beter geweest.
De Belgische kampioen waagde zich zelfs tot Sanremo, een bestemming met een rijke wielerhistorie dankzij de legendarische klassieker Milaan-Sanremo. De training langs de Ligurische kust bood niet alleen uitdagend terrein, maar ook een symbolische knipoog naar de wedstrijden die Van Aerts carrière hebben gevormd. Voor hem zijn deze lange uren in het zadel een essentiële stap om na een drukke zomer weer in topvorm te komen.
Ondertussen bevindt zijn grote rivaal Mathieu van der Poel zich in een compleet andere omgeving. De Nederlander heeft zijn tenten opgeslagen in de Alpen, met zijn zinnen gezet op mountainbiken in plaats van wielrennen. Van der Poel doet mee aan de Wereldbekerwedstrijd Mountainbiken in Les Gets, Frankrijk, een cruciaal evenement vlak voor het WK Mountainbiken op 14 september.
Ter voorbereiding testte Van der Poel zichzelf op de Joux-Plane, een van de iconische beklimmingen van de Alpen. In tegenstelling tot de zonnige omstandigheden voor Van Aert, kreeg de Nederlander te maken met koud, nat en mistig weer. De temperatuur op de top bereikte amper 13 graden Celsius, een schril contrast met de warmte van de Côte d’Azur. Toch leverde de rit waardevolle kliminspanningen op en een voorproefje van de fysieke eisen die hij in wedstrijden zal moeten stellen.
De keuze voor de Joux-Plane is geen toeval. De klim, bekend om zijn brute hellingen en geschiedenis in de Tour de France, bood Van der Poel de perfecte test voor zijn conditie. Het barre weer was een extra uitdaging, waardoor hij gefocust en gedisciplineerd moest blijven in minder comfortabele omstandigheden. Voor een renner die gedijt in tegenspoed, was dit allemaal onderdeel van de voorbereiding.
Beide renners willen hun seizoen duidelijk sterk afsluiten, maar op heel verschillende manieren. Van Aert blijft zich richten op eendaagse wegwedstrijden, in de hoop in 2025 nog een prestigieuze overwinning toe te voegen aan zijn seizoen. Van der Poel daarentegen is overgestapt op mountainbiken, waar hij zijn multidisciplinaire carrière blijft combineren met zijn kenmerkende ambitie.
Hun contrasterende benaderingen benadrukken de unieke paden die beide renners op dit punt in het seizoen bewandelen. Voor Van Aert zullen duurritten onder de zon essentieel zijn om te presteren in Québec en Montréal, wedstrijden die bekend staan om hun uitputtende karakter. Voor Van der Poel zullen zware beklimmingen in koude omstandigheden hem voorbereiden op de intensiteit en onvoorspelbaarheid van mountainbiken op topniveau.
Ondanks de verschillende omstandigheden delen beide mannen hetzelfde doel: op hun best zijn wanneer het er het meest toe doet. De laatste weken van het seizoen zullen doorslaggevend zijn, niet alleen voor hun resultaten, maar ook voor het momentum dat ze meenemen naar 2026. Fans van beide renners zullen nauwlettend volgen hoe deze contrasterende trainingsmethoden zich vertalen naar prestaties.
Uiteindelijk onderstreept het verhaal van twee rivalen die zich op compleet tegengestelde manieren voorbereiden wat wielrennen zo boeiend maakt. Of het nu gaat om Van Aerts zonovergoten wegen of Van der Poels mistige bergbeklimmingen, beide benaderingen tonen de toewijding en gedrevenheid die nodig zijn om op het hoogste niveau te presteren. De volgende hoofdstukken in Frankrijk en daarbuiten beloven boeiend te worden voor twee van de grootste sterren van de sport.